Driekoningen-zingen in Nederland

In Nederland trokken gedurende de late Middeleeuwen (arme) mensen verkleed als koningen zingend langs de deuren. Met een ster enĀ een foekepot of rommelpot trokken zij op of rond Driekoningen door de straten om een gave te ontvangen. Het gebruik heeft zowel de Reformatie als de Tweede Wereldoorlog overleefd. Tot op de dag van vandaag zijn er nog plaatsen als Den Bosch, Rijen, Tilburg, Deurne en Maastricht waar gebruiken rondom Driekoningen in ere worden gehouden. In Den Bosch en Maastricht gaat het om een Driekoningenstoet met een sterk folkloristisch karakter, zoals ook in de andere plaatsen.

In Breda is het Driekoningen-zingen sinds een aantal jaren weer opgezet naar het voorbeeld van onze Oosterburen.

Het project dat inhoud is van deze website is een samenwerking tussen de drie zuidelijke bisdommen Breda, Den Bosch en Roermond en Kerk in Nood welke enkele jaren geleden is opgestart. De nadruk in dit project ligt niet in de eerste plaats op de folklore maar op de pastorale aspecten die uit het feest van Driekoningen voorvloeien, namelijk catechese, liturgie, missie en diaconie.

Door kinderen zelf de betekenis van het feest eigen te laten maken in de uitleg van het feest tijdens catechesemomenten, worden ze zich bewust van de betekenis van de geboorte van Christus in hun eigen leven. De vreugde Christus te hebben leren kennen, die voor ieder van ons nabij heeft willen komen als de Emmanuel, God-met-ons, is niet alleen een persoonlijke ervaring, maar ook een ervaring die gedeeld mag worden. Daarom gaan zij, na een zendingsviering, zingend de straten door en de huizen langs. Aan de deuren of in bijvoorbeeld verzorgingshuizen delen zij de vreugde van Kerstmis door gezangen en het uitdelen van de huiszegen. De gaven die zij mogelijk ontvangen houden zij niet voor zichzelf. M.n. het geld dat zij ontvangen geven zij door aan kinderen in andere (missie)landen die in minder fortuinlijke omstandigheden leven als zijzelf. Zo delen zij in meerderlei opzicht de vreugde van het geloof in de God die Gever is van alle goed, zowel materieel als immaterieel, geld en geloof. Het project loopt daardoor uit op en wordt zichtbaar in de daden van naastenliefde, missie en caritas.